Menu Sluiten

Het ‘Fietserpad’ – fietsen van noord naar zuid (deel 1)

“Don’t limit your challenges – Challenge your limits”

Deze lange afstand fietstocht heb ik al enkele jaren in mijn hoofd, ik heb zelfs het routeboek al gekocht. In 2017 besluit ik eindelijk om er voor te gaan. Ik begin in Pieterburen in het noorden van Groningen, aan de kust van de Waddenzee, en fiets helemaal naar Withuis in het zuiden van Limburg, aan de grens met België. Het eindpunt is op de Pietersberg in Maastricht. Al met al een afstand van ongeveer 670 km, die ik in 10 opeenvolgende dagen fiets. De route neem ik over uit het boek “Het Fietserpad”. Dit is deel 1 van mijn avonturen.

Groningen

Ik neem de trein naar Baflo, waar ik begin met fietsen. Eerst naar het noorden, naar de kust van de Waddenzee en het officiële einde, en voor mij het begin van de tocht. Ik heb besloten de tocht van noord naar zuid te fietsen, in plaats van andersom zoals in het boek. Ik heb nu eenmaal meer binding met de zuidelijke provincies. Deze route is eigenlijk een fietsversie van de langste langeafstandswandeling van Nederland: het Pieterpad. Op mijn tocht ontmoet ik veel mensen die de 485 km (of een deel daarvan) naar Maastricht lopen. Ik volg het grootste deel van hun route, met hier en daar een omweg.

De provincie Groningen is vlak, groen, winderig en heeft veel grasland met paarden, schapen en koeien. En natuurlijk windmolens. Meestal om het land droog te houden. Typisch voor dit gebied zijn de terpen. Lang geleden bouwden de mensen hun kerken op een verhoogd stuk land om ze te beschermen tegen hoog water tijdens overstromingen. Ze zijn duidelijk zichtbaar in het anders zo vlakke landschap. De hoofdstad van deze provincie heet ook Groningen en is een mooie stad, vol historische gebouwen zoals de Martinitoren. Ik blijf doortrappen en passeer het prachtige Paterswoldermeer in de late namiddag. De zon begint onder te gaan en maakt het uitzicht op de molen gewoonweg spectaculair. Wat een prachtig land leef ik toch in. Aan het eind van de dag kom ik aan in Haren.

Drenthe

De tweede provincie waar ik doorheen fiets is Drenthe. Ik heb hier vorig jaar een lang weekend gefietst (Heide en hunnebedden) en ben blij om terug te zijn. Ik passeer het stadje Zuidlaren en fiets door een prachtig landschap. Veel bloeiende heide, mooie zandduinen en grote stukken veen of turf. Ooit was turf zeer waardevol en werd het voor veel dingen gebruikt. Hierdoor zijn de meeste turfgebieden ontgonnen, waardoor moerassige gebieden overgebleven zijn. In Balloo bezoek ik een dolmen en passeer ik een keiencirkel, wat in feite een kunstwerk is dat de langeafstandswandelaars de weg wijst naar het ‘Pieterpad’.

De tocht gaat verder door bossen, kleine dorpjes als Grolloo en het Ballooërveld. In de geweldige omgeving vind ik een van de 4 historische kleine afwateringsmolens (Tjaskers) die Drenthe nog rijk is. Ik ga verder langs meer heide- en veenvelden, door weelderige groene bossen, langs enkele grote zwerfstenen uit Scandinavië, die hier in de laatste ijstijd zijn achtergelaten. Een deel van mijn route passeert de Hondsrug, een langgerekte heuvel van (ja echt) 26 meter hoog. Hij is van zo’n natuurlijk en historisch belang dat UNESCO hem in 2015 erkende als geopark. En ik zie wel waarom.

Ik passeer nog een paar hele leuke boerendorpjes met fantastische historische houten boerderijen, om uiteindelijk in Meppen te eindigen op een heerlijke camping genaamd de Boemerang met kippen en een dwergvarken genaamd Floor. Lees verder in deel 2>>